Het ligt voor de hand hoe het weer er over 100 jaar uit zal zien. Door fossiele brandstoffen te gebruiken brengen we kooldiodyde en water in omloop. Het zal dus heet en klam worden in 2106.
| posted on Mon, 03 Jul 2006, 10:10 | weblog | rss | spin-off | comments |
Fossiele brandstoffen zijn in de loop van eeuwen gevormd uit organisch materiaal, zoals planten en dieren die zijn omgevormd tot andere verbindingen van de basismaterialen van de organische chemie, koolstof en waterstof. We kennen het als olie, gas, steenkolen en turf.
Het verbranden van zulke stoffen komt neer op het ontleden van ketens van kool- en waterstof. Hierbij komt energie vrij in vormen zoals warmte en licht, en de warmte is voldoende om het afbreken van de volgende ketens te bewerkstelligen.
Bij verbranding is zuurstof nodig. Dat is omdat koolstof met zuurstof verbindt tot CO2 (kooldioxyde) en bij slechte verbranding ook een deel CO (koolmonoxyde, giftig). De waterstof verbindt met zuurstof om water te vormen -- door de hitte in de vorm van waterdamp.
Fossiele brandstoffen hebben, terwijl ze nog in de grond zitten, geen invloed op het milieu. Als ze verbrand worden komen er opeens gassen vrij die het milieu wel beinvloeden. Er komt meer kooldioxyde in de lucht, met opwarming van de Aarde tot gevolg, en er komt ook meer water in omloop.
De weersvoorspellingen voor 2106, als we zo doorgaan tenminste, zijn dus uiterst broeierig -- warmte dankzij de hoge mate van CO2, en vochtig doordat er meer water in omloop komt.
Waar zijn we eigenlijk mee bezig?
De enige uitweg om dit op te vangen is via een initiatief als http://greenseat.nl/ of het bosspaarplan van http://greenchoice.nl/ een hoeveelheid bos te alloceren om het eigen verbruik aan CO2 te compenseren. Dit bos moet dan liefst nieuw geplant worden, en niet de allocatie zijn van jouw aandeel aan CO2-afbraak. De bomen dienen te blijven staan totdat voldoende fossiele brandstof is ontstaan (wellicht uit de bomen zelf) om de verbrande koolwaterstoffen te compenseren. Jaar in jaar uit dienen ze de extra in roulatie gebrachte CO2 te recyclen, netzolang totdat de CO2 definitief onttrokken is -- dat wil zeggen, totdat de volgende verbranding van fossiele brandstof optreedt.
Ikzelf zie dit als een extra argument om zo veel mogelijk te blijven stoken op pindakaas, omdat pindakaas aan de oppervlakte wordt gekweekt en dus geen diepliggende fossiele stoffen bevat. Mijn lichaam is verder veel efficienter in zo'n omzetting dan een auto. Dat er voor de overhead (namelijk de productie van de pottenvol) wel fossiele brandstoffen gebruikt worden is hopelijk een tijdelijke tegenslag.