Permacultuur is natuurmelken

Ecologisch tuinieren betekent dat je je bewust bent van de natuurlijke wisselwerkingen, en dat je die stimuleert. Bij permacultuur gaat dit nog een stap verder; men steekt heel veel ontwerpmoeite in een systeem dat zichzelf daarna vrijwel zonder hulp in stand houdt.
| posted on Tue, 08 Aug 2006, 10:46 | weblog | rss | spin-off | comments |
Translate to English Translate to English

Ecologisch of biologisch tuinieren is veel meer dan het vermijden van chemische bestrijdingsmiddelen; het kijkt naar de natuur om die na te bootsen. Een goed voorbeeld is mulchen, ofwel de aarde bedekt houden met organische stof, zoals een bos dat ook doet. Dat bevordert het grondleven, en daarmee de gezondheid van de gewassen.

Permacultuur gaat verder, en is nog meer kennisintensief. Er wordt flink nagedacht over de ideale wisselwerking tussen componenten van een tuin of gebied. Die wisselwerking is liefst niet 1:1 omdat dan een te sterke afhankelijkheid ontstaat. Kijk maar eens naar hobbyvijvertjes, dat zijn zulke kleine ecologietjes dat ze regelmatig uit balans raken. Het is veel gemakkelijker als voor allerlei toepassingen meer middelen ter beschikking staan, en wel zo efficient als alles wat we bedenken meerdere toepassingen heeft. Mijn idee van een alfalfa omheining past goed in die visie.

Vaste planten

Een klassieke moestuin wordt gevuld met eenjarige gewassen. De tomaatplant gaat op de composthoop, of blijft ter plekke liggen, als we de tomaten geplukt hebben. Een tuin volgens de principes van permacultuur zal eerder een pruimenboom bevatten dan tomaat, en eerder een bessenstruik dan aardbei. De oorzaak is heel simpel: Meerjarige gewassen produceren elk jaar opnieuw, zonder noodzaak om het telkens uit te zaaien. Een eenjarig gewas dat zichzelf uitzaait, zoals mosterd, is natuurlijk ook een goede mogelijkheid.

Symbiotisch

Waar mogelijk worden planten gecombineerd die elkaar niet in de weg zitten en elkaar zo mogelijk zelfs versterken. Een goed voorbeeld is een middeldiep wortelende klimmer, die tegen een boom op groeit die diep wortelt. Rond de boom wortelt klein grut lekker ondiep. In totaal zijn er 7 lagen waarin een permacultuur wordt ontworpen. Efficient gebruik van de ruimte is in ieders belang, ook in dat van de planten zelf.

Paddenstoelen zijn een aardig voorbeeld. Ze kunnen dood hout opruimen en daarbij eetbare vruchten leveren, die zonder schade voor de soort kunnen worden geoogst (eventueel pas na het uitzaaien). Als ze dood hout opruimen dan zijn ze pas permacultureel als er ook telkens nieuw dood hout komt waarop ze zich kunnen enten. En dan nog bestaat de kans dat je moet bijwateren en dergelijke; idealiter zou je alleen willen hoeven plukken. Maar gelukkig kunnen sommige paddenstoelen ook in een symbiose met een boom leven. Bijvoorbeeld kan de oesterzwam dat even goed als dood hout verteren. In zo'n geval laat je de natuur het werk doen en pluk je ze als de tijd rijp is. (Alleen als je zeker bent dat het de juiste soort is, uiteraard.)

Kennisintensief

Een permacultuur wordt echt ontworpen. Per gewas is precies bekend in welke omstandigheden hij het beste tot zijn recht komt, en welke fijne extra eigenschappen hij heeft. Daarbij is de Latijnse naam een grote hulp, want die is veel constanter dan volksnamen, die behalve verwarrend ook nog eens lokaal zijn. Met name als je databases gaat koppelen is het erg handig om een "identifier" voor de soort te hebben!

Een goede plaatjesbron is wikipedia, die dankzij de Latijnse namen goed te koppelen is met de informatiebron plants for a future, een naam die slaat op de noodzaak om beter met onze plantkennis om te springen en niet alleen maar enkele tientallen gewassen te eten die ook nog eens gestandaardiseerd zijn door zaadkwekers die bij de makers van pesticiden onder de plak zitten. De landbouw vernielt de bodem in een poging de wereldbevolking te blijven voeden, en daarvoor is een duurzaam alternatief nodig. Om die reden zoekt permacultuur naar natuurlijk manieren voor het krijgen van grotere opbrengsten met minder werk. Een bron die bedoeld is als vervanger is http://permaculture.info.

Een goed voorbeeld van bewust ontwerpen is het bijeen zoeken van planten die eetbaar zijn, die goed bestand zijn tegen regelmatig snijden en ook beloopbaar zijn; zo'n set gewassen kan worden gebruikt voor een eetbaar gazon. Andere voorbeelden zijn op de site te vinden tussen de leaflets.

Gewassen voor een eetbaar gazon

De volgende gewassen komen uit het artikel van een eetbaar gazon van http://www.pfaf.org/. Het zijn degene die niet op dezelfde site staan gewaarmerkt als mogelijk giftig, met als enige uitzondering Melilotus officinalis waarvan alleen de gedroogde bladeren giftig kunnen zijn.

Literatuur

Over dit onderwerp heb ik gelezen: The Permaculture Way, door Graham Bell, ISBN 1-85623-028-7. Interessant aan dit boek is dat het gaat over gematigde klimaten, in zijn geval het Schotse. In zijn zienswijze heeft permacultuur ook een sociale component, maar dat zie ik als een optionele uitbreiding die overigens beslist niet onaantrekkelijk is. Van dezelfde auteur lees ik binnenkort ook The Permaculture Garden, ISBN 1-85623-027-9.

Translate to English Translate to English

Comments on this article